Blog van Heleen
Vrijheid op wielen
Zomaar onverwacht word ik verwend met een nieuwe vrijheid. Vrijheid op wielen. Een rolstoel. Zesentwintig weken mogen we hem gebruiken.
Het zat al langer in mijn hoofd, om er een te kopen. Een goedkope. Een prul. Maar ik was bang dat hij niet zou willen en dan zit je met een rolstoel. Moet je weer op Marktplaats verkopen.
Als het meezit
Maar de casemanager zei dat we mogen gebruiken. Om het leven aangenamer te maken, om de mantelzorger te ondersteunen. Wat fijn. Meteen aangevraagd, geregeld en opgehaald. Hij past precies achter de voorstoel van de auto, ik hoef hem niet de koffer in te tillen. Dat scheelt alweer. Als het meezit dan zit het ook goed mee!
Met enige spanning zet ik de stoel in het zijkamertje. Hoe ga ik dit zeggen? Gaat hij het doen? Vijf jaar geleden was het delier zo ernstig dat hij zonder morren in een rolstoel ging zitten voor een wandelingetje. Daarna niet meer. Een rollator is ook nog steeds een no-go-area dus hij loopt niet verder dan van de voordeur tot de auto.
Bij de dagbesteding hebben ze hem een poosje geleden meegenomen in de rolstoel en dat vond hij prima. Vreemde ogen dwingen natuurlijk en ik vraag me af of hij bij mij tegen zal stribbelen. Ik wacht het af.
Te macho voor een rolstoel
Vrijdag zet ik de stoel in het zijkamertje en pas op zaterdagmiddag durf ik hem eruit te rijden en te laten zien. Hij is meteen enthousiast. Helemaal vergeten dat hij te macho is voor een rolstoel. Jas aan, deken over de benen, handschoenen, dikke sjaal, klaar voor het avontuur. De zon schijnt en een fris windje geeft koude wintertranen over de wangen. Tintelend blij.
Wat onwennig duw ik me helemaal een breuk en hij is vrolijk, hij kletst, hij wijst: ‘hier moet je langs, en nu moet je links en dan rechtdoor en dan ….’ Hij herkent zijn stadje waar hij is geboren en getogen, de oude gebouwen, kerken, kroegjes, de veste, de straten. Hij is vrolijk.
Vleug van herinnering
Op zondag is er een vleug van herinnering blijven hangen in zijn hoofd want precies weet hij het niet maar er is iets, we gaan iets doen, iets leuks. Als ik de stoel uit het zijkamertje rij blinken zijn ogen en vol verwachting staat hij meteen klaar. Jas aan. Muts op. Handschoenen aan, (zo wonderlijk die openingen voor zijn vingers, hij telt ze na) een dikkere deken over de benen want het is koud.
Beweging voor mij, plezier voor hem. Voldoening dubbelop. Het is rustig op de markt en ik duw hem langs de terrasjes. ‘Wat denk je van een wijntje?’ Hij is warm ingepakt en hij vindt het geweldig, zo lang geleden dat hij hier is geweest maar hij herkent het.
Wijntje en een bitterbal
Een tikkeltje stress, knoop in de buik bij mij want stel dat hij naar de wc moet dan wordt het lastig, dat kan hij niet alleen, dan moet ik regelen, tassen en jassen en sjaals en deken en handschoenen uitdoen, opslaan, bewaren, en de tas moet mee want stel dat er ongure types zitten en daarna alles weer aandoen en als een echte chaoot vervult mij dat met afgrijzen, maar ik laat het los, nu een wijntje en een bitterbal om het te vieren. Onze nieuwe vrijheid!